In het Romeinse imperium zijn veel portretten, bustes, standbeelden, beeldengroepen en torso's gemaakt, waaronder kopieën van Griekse beelden. Net als de oude Grieken gebruikten de Romeinen zowel brons als marmer. En hoewel er overeenkomsten zijn tussen de Romeinse beeldhouwkunst en de Griekse, zijn er ook verschillen. In de klassieke Griekse kunst (voor het Hellenisme) werd de mens geïdealiseerd weergegeven, terwijl de Romeinen streefden naar realisme. Voor de Grieken hadden de beelden vooral een godsdienstige betekenis, de Romeinen gebruikten beelden daarnaast ook ter decoratie van hun woning.
Griekse beelden van brons werden door de Romeinen in marmer gekopieerd. Soms met een kleine aanpassing of toevoeging, bijvoorbeeld met een extra steunpunt tegen het been van het marmeren beeld om het stabieler te maken.
realistische portretten
De portretbuste is een Romeinse vinding. Een stimulans voor portretkunst was het ius imaginum, het recht van de Romeinse aristocratie om thuis portretten van hun voorouders te bewaren. Deze portretten waren oorspronkelijk dodenmaskers, in was gemaakt, die later in brons en marmer werden gekopieerd. Zulke maskers en bustes hadden thuis een ereplaats en werden tijdens ceremonies vereerd of in processies meegedragen. Dit was gebaseerd op het geloof dat met een gelijkende afbeelding van het gezicht, ook de ziel wordt bewaard, een overtuiging die men ook al in het oude Egypte had.
Het realisme in de Romeinse portretkunst gaat ook terug op de dodencultus van de Etrusken: zij bewaarden de as van de gestorvene in sarcofagen (doodskisten). Op de sarcofaag werd de dode liggend afgebeeld. Voor het lichaam van de gestorvene gebruikte men soms standaardvormen, maar het hoofd vertoonde een sprekende gelijkenis met het hoofd van de overledene.
Romeinse portretten laten de werkelijkheid zien, de beeldhouwer maakte het portret niet mooier dan het was. Ook keizers en generaals werden afgebeeld met ongenadig realisme, het zogenaamde verisme. Mannen werden vaker afgebeeld dan vrouwen, hoewel ook vrouwenportretten met geraffineerde weergave van kapsels bewaard zijn.
Toch was beeldhouwwerk vaak bedoeld om de macht van keizers uit te beelden, zij werden dan ook in uniform afgebeeld. 'Heldendaden' van veldheren en de keizer werden vooral in minutieus uitgewerkte historische reliëfs in beeld gebracht. Het vroege werk nog in laagreliëf, later ontstond ook hoogreliëf.
Ook werden er goden afgebeeld, net als keizers vaak vergezeld van een klein gevleugeld kind. Dit is de verbeelding van Eros - de god van de liefde, wat later cupido zou worden. Portretten van de keizer werden met godsdienstige rituelen geëerd, iedere Romein moest er regelmatig wierrook voor branden als teken van trouw aan het gezag.
Het beeldhouwwerk was oorspronkelijk gepolychromeerd - net als bij de Grieken veelkleurig beschilderd.
Het beeldhouwwerk was oorspronkelijk gepolychromeerd - net als bij de Grieken veelkleurig beschilderd.
reliëfs
De Romein Junius Bassus stierf in 359 en werd bijgezet in een fraai bewerkte grafkist. Het is een vroeg voorbeeld van een sarcofaag waarop christelijke voorstellingen uit het Oude en Nieuwe Testament zijn weergegeven. De kist is gedetailleerd uitgewerkt in hoogreliëf, veel figuren komen vrijwel geheel los van de ondergrond. Er wordt geen portret van de overledene getoond, maar hij wordt wel geprezen in de inscriptie.
Christus is een jeugdig, baardloos figuur, in dit detail zit hij als leraar tussen zijn voornaamste volgelingen, Petrus en Paulus. De scène toont ook nog heidense, Romeinse iconografie: Jezus zit met zijn voeten op een golvende mantel - de hemel, die door Caelus, de klassieke personificatie van de hemel wordt vastgehouden. Caelus was in de Romeinse mythologie, theologie en iconografie de god van de hemel. Christus heeft niet alleen de hemelgod aan zijn voeten, hij geeft Petrus ook een tekstrol, waarmee hij net als keizers wordt afgebeeld als een wetgever die zijn ministers of generaals instructies geeft.
Christus is een jeugdig, baardloos figuur, in dit detail zit hij als leraar tussen zijn voornaamste volgelingen, Petrus en Paulus. De scène toont ook nog heidense, Romeinse iconografie: Jezus zit met zijn voeten op een golvende mantel - de hemel, die door Caelus, de klassieke personificatie van de hemel wordt vastgehouden. Caelus was in de Romeinse mythologie, theologie en iconografie de god van de hemel. Christus heeft niet alleen de hemelgod aan zijn voeten, hij geeft Petrus ook een tekstrol, waarmee hij net als keizers wordt afgebeeld als een wetgever die zijn ministers of generaals instructies geeft.
Sculptuur werd gecombineerd met architectuur in triomfbogen en erezuilen. De beroemdste zuil is die van keizer Trajanus, versierd met reliëfs om zijn veldtochten tegen de Daciërs te vereeuwigen.
beeldhouwkunst
· kopieën van Griekse sculptuur
· realistische portretten
· reliëfs van historische gebeurtenissen met een grote mate van realisme
· sarcofagen en grafstenen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten